Aantal vissersvaartuigen onder de honderd
Het is nu officieel. Onze zeevisserijvloot is vorig jaar onder de kaap van de 100 schepen gezakt. Momenteel varen in Zeebrugge en de andere vissershavens nog 95 vaartuigen. Drie andere hebben nog een vergunning maar liggen stil. Vijftig jaar geleden telde ons land 446 vissersschepen. Sindsdien ging het ondermeer door de quotabeperkingen bergaf. Een bijkomend probleem werd de veroudering en de versnippering van de sector. De meeste rederijen hebben slechts één schip in bezit en vormen dus kleine, kwetsbare bedrijven. Bovendien ligt de gemiddelde ouderdom van de schepen boven de twintig jaar. Het Instituut voor Landbouw en Visserij Onderzoek en de Vlaamse overheid proberen de vissers intussen te bewegen om over te schakelen op andere, duurzame, vismethodes. Negentig procent van de Vlaamse vissers maakt nu gebruik van de boomkormethode, waarbij de netten aan bokken over de bodem worden gesleept. Die techniek verbruikt echter veel brandstof en zorgt voor veel bijvangst. Vissers die overschakelen op de meer rendabele pulskor, outriggervisserij of flyshooting, kunnen rekenen op subsidies van Vlaanderen en Europa.