ZV wil dat rechter einde stelt aan overheidssteun voor Oostendse Vismijn
De Zeebrugse Visveiling vraagt donderdag aan de rechtbank van koophandel in Oostende onmiddellijke opschorting van alle overheidssteun aan de Oostendse visveiling. De ZV gebruikt een besluit van de Europese Commissie, waarin de Oostendse juridische constructie als misleidend en niet-conform met de Europese richtlijnen voor overheidssteun wordt afgedaan. De Zeebrugse Visveiling is momenteel ook al voor de Raad van State in een procedure verwikkeld, waarin ze een samenwerking van Oostende met de Visafslag van Urk in Nederland wil vermijden. Johan Van de Steene, de directeur van de ZV zegt: "De laatste vijf jaar zijn we verplicht geweest om met lede ogen toe te zien hoe geld van de belastingsbetalers naar de Oostendse vismijn is gegaan en hoe onze visveiling en die van collega’s in het buitenland hieronder geleden hebben. We zijn dan ook zeer verheugd dat een onderzoek van de Europese Commissie glashelder de concurrentievervalsing bevestigt die wij al die tijd aan de kaak hebben gesteld. We zijn evident ook zeer teleurgesteld dat de betrokkenen zich niet storen aan hun Europese verplichtingen en de belastingbetaler verder laten opdraaien voor de geldput die de Oostendse vismijn heeft. Onder die omstandigheden zijn we genoodzaakt om via gerechtelijke weg verdere concurrentievervalsing in de sector te stoppen". De voordelen die de Europese Commissie identificeert zijn naast het verlenen van een startkapitaal van meer dan 6 miljoen euro, gratis garanties voor commerciële leningen en de schenking van de eigendom van de gebouwen van de vismijn.
