Stichting De Noordzee tegen het oplaten van ballonnen
Onze stranden zijn vervuild met resten van ballonnen. Dat zei stichting De Noordzee vrijdagmorgen na onderzoek. Volgens de natuur- en milieuorganisatie laten mensen bij feestelijkheden dikwijls massaal ballonnen op. Geregeld waaien die in de richting van de zee. "Het ziet er leuk uit, maar er wordt vaak niet aan de gevolgen voor de natuur gedacht", zegt woordvoerster Lisa van der Veen. Elk kwartaal voert De Noordzee afvalmonitoringen uit op een aantal stranden. Uit de tellingen van deze herfst blijkt dat er per honderd meter strand gemiddeld twaalf ballonresten liggen. Voor de hele Belgische kust zou het dus om meer dan 8.000 ballonresten gaan. Vanwege de lange kustlijn schat men het aantal bij onze noorderburen zelfs op 54.000 stuks. Volgens Van der Veen is er sprake van een groot probleem. Zo raakt niet alleen het strand, waar de ballonresten aanspoelen, vervuild. Er sterven ook veel vogels, vissen en zeezoogdieren als gevolg van de rubberresten. "Een stuk ballon blijft drijven op zee. Een vogel ziet het rubber aan voor voedsel. Vervolgens belandt het in de maag, waar het niet verteert. De vogel houdt daardoor een vol gevoel in de maag en sterft vervolgens van de honger", aldus de zegsvrouw. "Helaas horen we maar al te vaak dat in een maag van een dode vogel plastic is aangetroffen." Daarnaast vormen volgens haar ook de touwtjes die aan de ballonnen zijn bevestigd een gevaar, omdat dieren erin verstrikt raken. Een directe oplossing voor het probleem heeft De Noordzee niet.