
bouwden
een ketting van 34 batterijen van Raversijde tot in Het Zwin. Een deel van de
batterijen was vooral gebouwd om landingen te verhinderen en de havens te verdedigen.
De andere bestonden uit lange afstandsgeschut om doelwitten op zee te beschieten.
Daarnaast bevonden zich langs de kust tussen Lombardsijde en Knokke-Heist ook
heel wat machinegeweerposten, loopgraven, anti-tankhindernissen en prikkeldraadversperringen.
Maar ook langs de Belgisch-Nederlandse grens werd een linie opgeworpen. Reden
hiervoor was dat, hoewel Nederland zich tijdens de oorlog neutraal opstelde, de
Duitsers het zaakje niet helemaal vertrouwden. De geallieerden zouden Belgie
immers kunnen binnenvallen via Zeeuws-Vlaanderen, zo redeneerde men.
Je
kan er HIER meer over lezen.